Home / Authenticiteit van de Bijbel / Gaat Hosea 6:1-2 over Jezus (vrede zij met hem)?

Gaat Hosea 6:1-2 over Jezus (vrede zij met hem)?

Bismillah ar-Rahman ar-Rahiem. In de Naam van Allah, de Meest Barmhartige, de Meest Genadevolle.

De Bijbel vertelt ons in Lukas 24:44-47 het volgende:

44 En Hij zeide tot hen: Dit zijn de woorden, die Ik tot u sprak, als Ik nog met u was, namelijk dat het alles moest vervuld worden, wat van Mij geschreven is in de Wet van Mozes, en de Profeten, en Psalmen. 45 Toen opende Hij hun verstand, opdat zij de Schriften verstonden. 46 En zeide tot hen: Alzo is er geschreven, en alzo moest de Christus lijden, en van de doden opstaan ten derden dage. 47 En in Zijn Naam gepredikt worden bekering en vergeving der zonden, onder alle volken, beginnende van Jeruzalem.

In vers 46 staat er dat er geschreven [γέγραπται] is dat de Christus [de Messias] zal lijden en zal opstaan uit de dood op de derde dag. Er zou dus, volgens Lukas 24:46, in het Oud-Testament staan dat de Christus [de Messias] zal lijden en op de derde dag zal opstaan uit de dood. Onthoudt dat toen Jezus(vrede zij met hem) deze woorden sprak, volgens Lukas, dat er toen nog géén Nieuw-Testament was  en het dus enkel een referentie kan zijn naar het Oud-Testament. De vraag die dan meteen te binnen schiet is – waar? Waar staat er dan geschreven in het Oud-Testament dat de Christus [de Messias] zal lijden en zal sterven op de derde dag?

Om deze vraag te beantwoorden verwijzen sommige christenen naar Hosea 6:2 waar er het volgende staat:

Hosea 6:2 Hij zal ons na twee dagen levend maken; op den derden dag zal Hij ons doen verrijzen, en wij zullen voor Zijn aangezicht leven.

Ten eerste gaat het hier zelfs niet eens om één individu, maar om meerdere individuen [de Israëlieten]. Zo staat er ook:  

“1 Komt en laat ONS wederkeren tot den HEERE, want Hij heeft verscheurd, en Hij zal ONS genezen; Hij heeft geslagen, en Hij zal ONS verbinden. 2 Hij zal ONS na twee dagen levend maken; op den derden dag zal Hij ONS doen verrijzen, en WIJ zullen voor Zijn aangezicht leven. 3 Dan zullen WIJ kennen, WIJ zullen vervolgen, om den HEERE te kennen; Zijn uitgang is bereid als de dageraad; en Hij zal tot ONS komen als een regen, als de spade regen en vroege regen des lands. 4 Wat zal Ik u doen, O EFRAÏM! wat zal Ik u doen, O JUDA! dewijl uw weldadigheid is als een morgenwolk, en als een vroegkomende dauw, die henengaat. 5 Daarom heb Ik HEN behouwen door de profeten; Ik heb ZE gedood door de redenen Mijns monds; en uw oordelen zullen voortkomen aan het licht. 6 Want Ik heb lust tot weldadigheid, en niet tot offer; en tot de kennis Gods, meer dan tot brandofferen. 7 Maar ZIJ hebben het verbond overtreden als Adam; daar hebben zij trouwelooslijk tegen Mij gehandeld. 8 GILEAD is een stad van werkers der ongerechtigheid; zij is betreden van bloed. 9 Gelijk de benden der straatschenders op iemand wachten, alzo is het gezelschap der priesteren; zij moorden op den weg naar Sichem, waarlijk, zij doen schandelijke daden. 10 Ik zie een afschuwelijke zaak in het HUIS ISRAËLS; aldaar is EFRAÏMS hoererij, ISRAËL is verontreinigd. 11 Ook heeft hij u, O JUDA! een oogst gezet, als Ik de gevangenen MIJNS VOLKS wederbracht.”

Ten tweede, zo staat er ook in het vers dat God de individuen na TWEE dagen “levend zal maken” [יְחַיֵּנוּ, מִיֹּמָיִם]. Dit was niet het geval bij Jezus (vrede zij met hem) volgens het Nieuw-Testament aangezien dit pas na DRIE dagen [zie Lukas 24:46, Mattheüs 12:40, 1 Korinthiërs 15:4, …] was.

Ten derde, er staat ook helemaal niets in het vers zelf dat die individuen [Israëlieten] hebben geleden.

Maar zoals bij elke vers moet er dus ook gekeken worden naar de context. Gaat het hier wel überhaupt over een letterlijke opstanding uit de fysieke dood – en al überhaupt specifiek over de Christus? Nee. Het gaat over de Israëlieten waarbij er ook “dramatische”/”poëtische” termen worden gebruikt om te verwijzen naar hun spirituele “dood” vanwege hun zonden. De brede context gaat over dat het volk van Israël zondig was en dat ze berouw moeten tonen.

Het zou een grove misrepresentatie zijn van wat er staat geschreven dat het over het lijden, dood en opstanding van Jezus (vrede zij met hem) in het Nieuw-Testament zou gaan tenzij men bereid is om te zeggen dat verzen een “dubbele betekenis” kunnen hebben waarbij de rechtstreekse context, alsook de letterlijke lezing van het vers zelf, tegengesproken kunnen worden — maar in dit geval zouden we graag willen vragen waarom een moslim dan ook niet zo te werk kan gaan, zonder dat men zich schuldig maakt aan een ad hoc of special pleading?

We willen dan ook graag de lezers laten herinneren naar wat er in de Qur’an staat:

“Leid ons op het rechte pad. Het pad van degenen aan wie U gunsten hebt geschonken, niet van degenen op wie de toorn rust en niet dat van de dwalenden.” [Surah al-Fatiha (1): Vers 6-7]