Home / Paulus en het christendom / Aanvullende textual criticism informatie aan onze artikelen over Paulus en diens brieven

Aanvullende textual criticism informatie aan onze artikelen over Paulus en diens brieven

1: p46 wordt aangegeven dat het om liefde gaat tegenover God, terwijl andere manuscripten spreken over angst. Volgens het werk ‘interpolations in the letters of Pauline letters’ blz 200, is dit een harmonisering van 2 corinthians 6:14-7:1 met de rest van de brieven van Paul. Dit werd dus al heel vroeg gedaan in p46.

2 cor 7:1, in p46, zegt “αγαπη”.
Dat is liefde.

Sinaiticus, vaticanus, ephraimi, zeggen “φοβω”.
“Angst”.

De verzen ontbreken in codex Bazae en Alexandrinus.

2: in matteus 5:22 staat het volgende; 22 Doch Ik zeg u: Zo wie te onrecht op zijn broeder toornig is, die zal strafbaar zijn door het gericht; en wie tot zijn broeder zegt: Raka! die zal strafbaar zijn door den groten raad; maar wie zegt: Gij dwaas! die zal strafbaar zijn door het helse vuur

In galaten 3:1 zegt paulus echter; dwaze Galaten, wie heeft u betoverd om de waarheid niet te gehoorzamen; u voor wie Jezus Christus eerder voor ogen is geschilderd alsof Hij onder u gekruisigd was?

1 corinthians 15;36 zegt paulus het volgende; “36Dwaas, wat u zaait, wordt niet levend, als het niet gestorven is.”.

3: ephesians 3:5 zegt het volgende; which was not made known to people in other generations”. James 4:11, james 2:10, geeft duidelijk een contradictionele kijk over het volgen van de wet. Paul noemt het in 2 corinthians 3:7: “the ministery of death”. In philipineans 3:2 zegt hij het volgende; “Watch out for those dogs, those evildoers, those mutilators of the flesh”.

In 2 timothy 1:15 geeft paul aan dat de christenen hem hebben verlaten; that all they which are in Asia be turned away from me

Eliccots commentary; such as Chrysostom, that “they which are in Asia” refers to certain Asiatic Christians who happened to be in Rome at the time of the Apostle’s arrest and imprisonment.

In 1 corinthians 11:14: “Isn’t it obvious that it’s disgraceful for a man to have long hair. Zoals Robert C.Dentan bewijst was lange haar bij mannen juist toegejuicht in het oude testament. Het was de palestijnse joodse gewoonte in die tijd om lang haar te hebben in tegenstelling tot het Romeinse gewoonte. Mckenzie en anderen in diens ‘a commentarry of the first epistle’ op blz 256-257 geven dan ook aan dat Paulus de Romeinse stijl boven de Palestijnse stijl prefereerde.

Volgens Eusebius was James (was a nazirite) vermoord in het jaar 62 en was hij opgevolgd door de neef van Jezus. Simeon volgde James op. Hij was de zoon van de broer van de vader van Jezus. Volgens Hegesippus was de neef van Jezus omgebracht tijdens het regime van Trajan (98-117). Hij zou 120 jaar geworden zijn. Wat gebeurde er met deze groepering na de dood van Jezus de neef? Volgens Eusebius was de groep gevlucht van Jeruzalem naar Pella (kerkvadersgeschiedenis, 3,5,3). Wat gebeurde er hierna? In thomas sayings, chapter 12, vragen de apostelen naar wie ze moeten gaan nadat jezus hen heeft verlaten waarop jezus antwoord; naar James.

De ebonieten – waarschijnlijk de volgers van james en de neefje van Jezus diens opvolger- hadden verschillende werken, en ze hadden ook een gospel. In bijvoorbeeld letter of peter in james 2:3 staat het volgende; peter noemt hierin paulus; zijn vijand. Volgend the gospel of thomas tonen de apostelen waaronder Peter interesse in het naleven van ‘purity’ codes.

We zien ook in navolging van Paulus dat Justinus de martelaar (100-160) het volgende zegt over de mensen die wet volgen zij zijn namelijk ‘weak minded’ en ook indien ze anderen willen overtuigen om de wet te volgen moeten ze hun vermijden.

Volgens Eusebius werd de ebonieten door de ‘ancient’ (ouden) genoemd als ebonieten. Waarschijnlijk is de vroege betekenis hiervan te herleiden uit galatians 2:10a. En waren ze ‘in the spirit wickedness (de geest van zwakte)’. En behoren ze tot de heretics (kerkvadergeschiedenis, book 3, chapter 27)

In de epistle of Barnabas in hoofdstuk 9 hadden de joden de wetten helemaal niet begrepen en waren de wetten in de thora letterlijk genomen, door de joden terwijl dit niet het geval was. De joden zouden de dietary laws duizenden jaren verkeerd hebben geïnterpreteerd door een kwaadaardige engel waardoor ze werden beïnvloed.

Ook de apostolic father ignatius is heel duidelijk. In zijn epistle tot the philipians schrijft hij het volgende; “If any one celebrates the Passover along with the Jews, or receives the emblems
o f their feast, he is a partaker with those that killed the Lord and his apostle”.

In the council of Elvira (het jaar 305) werd besloten dat een christen niet mocht trouwen met een jood, en dat joden niet eens mochten eten in dezelfde kamer met een christen.

4; Bultmann claimt dat de Mandaen community (beschreven als sabiens in de koran) invloed hadden op de gospel of john. Ook de proloog van johannes (het woord was God en het woord is vleesgeworden) is volgens velen (zie lezing broeder ijaz, “what was the true faith of jezus the disciples”) overgenomen door de gnostische mandaens. Het is ook opmerkelijk dat de proloog van johannes ontbreekt in de brieven van paulus. Daarnaast levert papias een traditie over dat John is vermoord door de joden eerder of gelijktijdig met james, dus onmogelijk zou de auteur van de proloog de apostel john geweest kunnen zijn.

Bron dood van james en john in werken van papias; https://www.academia.edu/42245723/2_Evidence_for_the_Martyrdom_of_John_the_Apostle

5: zoals dr Price aangeeft komt het verhaal en bekering van Paulus in acts overeen met het verhaal in de pre christelijke bron 2 maccabees 3. En is het hoogstwaarschijnlijk overgenomen en geïmplementeerd op paulus.

6; in Romans 13: 1-7 in vers 4 volgens Ernst Barnikol behoorde dit niet tot de tekst van marcion. En citeerde 1 clement dit ook niet. 1 clement (60.4-61.2)

7: 1 corinthians 13 is ook mogelijk een interpolatie. Terwijl polycarp in zijn brief aan philipinians, in the didache, in de the letters of ignatius zijn er verwijzingen naar 1 corinthians echter selecteert geen van hen tot aan de tweede helft van de tweede eeuw uit 1 coronthians 13. De mogelijke verwijzing in 1 clement 49.2-50.2 naar 1 corinthians 13 noemt de auteur ‘unlikely’. (Bron; interpolations in the pauline letters, 162). Dit geldt ook volgens payne voor de passages 1 corinthians 14:34-35. Die zouden voor het eerst geciteerd worden door tertullianus in de derde eeuw. (Interpolations in the pauline letters, 71).

8: 1 Thessalonians 2:16 staat het volgende; hindering us from speaking to the Gentiles so that they may be saved; with the result that they always fill up the measure of their sins. But wrath has come upon them to the utmost

Volgens ellicots commentary; . The particular moment at which St. Paul means that the wrath “came” must have been the moment of their final rejection of the Messiah.

Het is duidelijk dat de wrath om de destruction of jeruzalem gaat wat dus aangeeft dat het om een post pauline passage gaat. Het is onmogelijk om dit te linken aan iets anders in onze optiek dus ellicots commentary zit ernaast. (Zie interpolation in pauline letters). Ook melito van Sardinas noemt de destruction of the temple in het jaar 70 een straf op de joden voor het niet accepteren en vervolgen van jezus.

9: Justinus de martelaar geeft aan de emperor dat de ressurection van Jezus, niet iets nieuws was, maar dat het al voorkwam bij de son gods’ of Jupiter. Hij schrijft het volgende in het jaar 155; “Word of God, was born of God, is not something, be no extraordinary thing to you, who say that the mercury is the angelic word of god. En over krusiging zegt hij het volgende; “but if any one objects that he was crucified (..) suns of jupiter of yours who suffered as we have now emmurated”. (Justin, first apology, ch 21-22). de vroege kerkvaders trokken dus de vergelijking met hellinistische godsdiensten waarin het woord van God dus een aparte entiteit vormde, dat deze ook leden, en dat deze godsdiensten ook een eucharistia hadden (first apology chapter 66). De harmonisering van paulus met de romeinse godsdiensten werd dus voortgezet door diens opvolgers in de vroege tweede eeuw.

10: james 5:7-9 geeft duidelijk het volgende aan; You, too, must be patient. Take courage, for the coming of the Lord is near. Terwijl de kruisiging en reserruction van jezus ontbreken in diens brief. Het ontbreekt eveneens in de Q bron. (Revisting the empty tomb, (blz 64 en blz 70). De verschijning aan 500 mensen van jezus wordt ook nergens anders genoemd dan enkel in de brief van paulus (1 corinthians 15) (empty tomb, blz 33). 1 corinthians 15:42-49 praat over zijn lichaam als ‘spiritual’ (pneumatikos) en niet natural (psychikos) letterlijk betekent; ‘ensouled of soulish’. Zoals Bart Ehrman ook aangeeft in How Jezus became God; “empty tomb appears to be a later tradition”. “Paul says nothing about it”. “Faith is not historical knowledge, and historical knowledge is not faith”.

Een ander voorbeeld is ook 1 peter 3:18 Resurrection niet in een body maar in spirit. Is de discours van begin 2de eeuw overweldigend gnostici die deze mening hadden: En ook vroege kerkvaders als origenes die van mening waren dat het meer een spirituele opstanding was dan een lichamelijke.

In tegenstelling tot Lucas en ignatius die het volgende aangeven; “take hold of me and see, I am no bodiless demon”.